Het lijkt tegenwoordig makkelijker om een witte merel te spotten dan melk met een prijsplafond. Prijsgeplafonneerde melk is in heel Nederland amper verkrijgbaar. Stel: u bent niet bij openingstijd bij de winkel—dan kunt u het waarschijnlijk vergeten. Natuurlijk zijn er uitzonderingen. Maar wat zeggen onze lezers?
Winkels zijn verplicht deze melk aan te bieden, maar de realiteit: de schappen zijn vaker leeg dan gevuld. En dat terwijl het de voordeligste keuze zou moeten zijn—iedere euro telt in deze tijden, toch? Wat heeft een prijsstop voor zin, als het product zelf een mythe wordt? Gaan we simpelweg op het verkeerde moment? Of is dit overal zo? Het antwoord is herkenbaar voor velen: het maakt niet uit of u nu in Amsterdam, Groningen of een klein dorpje woont—de 2,8% houdbare melk met vastgesteld tarief is bijna overal ‘verdwenen’. Uiteindelijk rest ons de duurdere alternatieven. Dat bevestigen ook onze lezers.
“Bij opening ren ik direct naar de melkschap”
— schrijft iemand op onze sociale kanalen. Hij geeft toe dat alleen extreem vroeg komen nog een kans biedt om een pak prijsgeplafonneerde melk te bemachtigen—binnen een paar minuten is alles op. Geen verrassing: volgens hem staan er soms maar drie of vier dozen op het schap—en dan is het alweer gedaan. Een andere lezer verzucht:
“Het zal wel zo moeten… ik zoek het al niet meer. Met drie kinderen zijn de twee à drie pakken melk die je tegelijk mag kopen natuurlijk nooit genoeg…”
Inderdaad. Wie tijd heeft om ’s ochtends vroeg te gaan of verschillende winkels af te struinen, heeft misschien geluk. Maar niet iedereen kan dat. “Een maand lang nergens prijsstop-melk gevonden. En ik ga heus niet alle supermarkten af, alleen waar ik toch al kom”, aldus een andere reactie. Samengevat: men is op zoek, maar vertrekt meestal teleurgesteld. Eén iemand uit zijn frustratie als volgt: “dacht iedereen dat als onze premier iets aankondigt, het resultaat gegarandeerd is—nou, mooi niet dus” —dat gevoel zal velen bekend voorkomen.
“Wat hadden we dan verwacht?”
Een vraag uit discussies onder ons artikel over ‘trucjes met de prijsstop in dorpen’. “Je kunt het de supermarkt ook niet helemaal kwalijk nemen. Wie wil nu een product verkopen waar je structureel verlies op draait?”, merkt iemand nuchter op. En ja: geen ondernemer staat te springen om verlieslijdende producten aan te bieden, maar wettelijk moet het. Volgens lezers geldt hetzelfde voor varkensvlees, suiker en bijvoorbeeld zonnebloemolie. “Er wordt altijd gezegd dat het net op is. Sommige mensen geloven dat, ik niet”, merkt een volger op.
Meerdere reacties suggereren dat winkels – of ze nu in Utrecht, Leeuwarden of een klein plattelandsdorp zitten – inventief omgaan met de voorraad van prijsgeplafonneerde producten. Zo noemt een lezer het voorbeeld van kristalsuiker: “Bij Coop doen ze dat met suiker. Volgens het personeel is er genoeg op voorraad, maar zolang het prijsplafond geldt, blijft het in het magazijn. Komt het plafond te vervallen, ligt het ineens voor €0,90 per kilo in de winkel.” Dat klinkt best bizar.
“Van alles ontbreekt juist het goedkoopste”
— schrijft opnieuw een lezer. Volgens haar heeft het niet altijd met ‘trucjes’ te maken, maar simpelweg met te weinig geld bij de mensen. “Het goedkoopste pak papieren zakdoekjes, de goedkoopste zeep, brood—zelfs in grotere ketens is het er nauwelijks, één uur na opening is alles weg…” Tja, als je bedenkt hoeveel boodschappen duurder zijn geworden, is dat geen gek verhaal. Verschillende lezers klagen dat ook huismerken vaak uitverkocht zijn, niet alleen de prijsgeplafonneerde producten. Sommigen zoeken hulp bij het personeel:
“(…) de goedkoopste producten zijn nergens te bekennen. Geen voordelige lactosevrije melk, alleen het pak van bijna twee keer zo duur. Ook de goedkopere margarine—het schap was leeg. Gevraagd aan een medewerker, die zei beleefd te kijken of er in het magazijn nog is. En ja hoor: daar stond het. Als je niks zegt of de verkeerde treft, betaal je gewoon de hoofdprijs.”
Volgens haar komt straks alles weer tevoorschijn—als de prijsstop voorbij is. “Triest feit!“, voegt ze toe. Een andere lezer vond zijn manier: thuisbezorging. “Na twee maanden opnieuw geprobeerd, en zowaar: prijsgeplafonneerde melk en bloem kwamen gewoon met de bestelling mee. Meeste aanbiedingen werden trouwens geleverd, zo’n 70% succes.”
De rode draad: iedereen zoekt ernaar, maar praktisch heeft men er weinig aan. De overheid heeft onlangs aangekondigd dat het prijsplafond nog tot het einde van het jaar blijft. Dat laat ons twee opties: of we investeren tijd en energie in de jacht op goedkope producten—of we slikken de hogere prijs, zolang het nog kan.
Onze dank aan lezeres Silvia voor de foto bij dit artikel!